Begin ‘90ger jaren ontstaat discussie over de toekomst van de stadsparken. Door toegenomen mobiliteit en gewijzigde behoeften van bewoners worden de parken minder gebruikt en was er een tijdlang minder aandacht voor het onderhoud.
De Gemeente schrijft een nota waarin zij voorstelt om de vijf Groningse stadsparken nieuwe functies te geven (nota 'Kleur geven aan Groen' 1990). De parken kregen elk een thema en het Noorderplantsoen kreeg thema 'Gronings Cultureel'. Het werd daarmee verbonden met het culturele leven van de binnenstad.
In 1991 werd het eerste kleine culturele festival Noorderzon in het plantsoen gehouden. De eerste 2 jaar nog in samenwerking met de (landelijke) Parade. Een paar jaar later volgt dan het 5-mei festival.
De opkomst van de stadsecologie (nota De Levende Stad, 1994) bracht de ecologische waarden van het oude park in beeld. Al in het ontwerp van het plantsoen waren soortenrijkdom, vooral wat bomen en struiken betreft, en rijkdom aan overgangen (hoog-laag, nat-droog, licht-donker) uitgangspunten. De leeftijd van het park heeft daarnaast geleid tot een grote verscheidenheid in leeftijd van bomen en struiken. Natuurinventarisaties bewezen de ecologische waarde van dit stedelijk gebied met een rijkdom aan oude bomen, struiken, wilde en halfwilde (stinze-)planten, vogels, vleermuizen, vlinders en paddestoelen.